De of het wetsdelict? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord wetsdelict? Is het de wetsdelict of het wetsdelict? Het juiste lidwoord dat je voor het woord wetsdelict moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord wetsdelict
Dit of deze wetsdelict:
dit wetsdelict
Dat of die wetsdelict:
dat wetsdelict
Bezittelijk voornaamwoord wetsdelict
Onze of ons wetsdelict:
ons wetsdelict
Jouw of jou:
jouw wetsdelict
Elke of elk wetsdelict?Elk wetsdelict
Gerelateerd aan wetsdelict