De of het vruchtbaarheidsgodin? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord vruchtbaarheidsgodin? Is het de vruchtbaarheidsgodin of het vruchtbaarheidsgodin? Het juiste lidwoord dat je voor het woord vruchtbaarheidsgodin moet gebruiken is:
De vruchtbaarheidsgodin
Aanwijzend voornaamwoord vruchtbaarheidsgodin
Dit of deze vruchtbaarheidsgodin: deze vruchtbaarheidsgodin
Dat of die vruchtbaarheidsgodin: die vruchtbaarheidsgodin

Bezittelijk voornaamwoord vruchtbaarheidsgodin
Onze of ons vruchtbaarheidsgodin: onze vruchtbaarheidsgodin
Jouw of jou: jouw vruchtbaarheidsgodin

Elke of elk vruchtbaarheidsgodin?
Elke vruchtbaarheidsgodin
Gerelateerd aan vruchtbaarheidsgodin