De of het vrijetijdsbesteding? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord vrijetijdsbesteding? Is het de vrijetijdsbesteding of het vrijetijdsbesteding? Het juiste lidwoord dat je voor het woord vrijetijdsbesteding moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord vrijetijdsbesteding
Dit of deze vrijetijdsbesteding:
deze vrijetijdsbesteding
Dat of die vrijetijdsbesteding:
die vrijetijdsbesteding
Bezittelijk voornaamwoord vrijetijdsbesteding
Onze of ons vrijetijdsbesteding:
onze vrijetijdsbesteding
Jouw of jou:
jouw vrijetijdsbesteding
Elke of elk vrijetijdsbesteding?Elke vrijetijdsbesteding
Gerelateerd aan vrijetijdsbesteding