De of het vliering? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord vliering? Is het de vliering of het vliering? Het juiste lidwoord dat je voor het woord vliering moet gebruiken is:
De vliering
Aanwijzend voornaamwoord vliering
Dit of deze vliering: deze vliering
Dat of die vliering: die vliering

Bezittelijk voornaamwoord vliering
Onze of ons vliering: onze vliering
Jouw of jou: jouw vliering

Elke of elk vliering?
Elke vliering
Gerelateerd aan vliering