De of het viervoud? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord viervoud? Is het de viervoud of het viervoud? Het juiste lidwoord dat je voor het woord viervoud moet gebruiken is:
Het viervoud
Aanwijzend voornaamwoord viervoud
Dit of deze viervoud: dit viervoud
Dat of die viervoud: dat viervoud

Bezittelijk voornaamwoord viervoud
Onze of ons viervoud: ons viervoud
Jouw of jou: jouw viervoud

Elke of elk viervoud?
Elk viervoud
Gerelateerd aan viervoud