De of het vierhonderddrieëndertig? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord vierhonderddrieëndertig? Is het de vierhonderddrieëndertig of het vierhonderddrieëndertig? Het juiste lidwoord dat je voor het woord vierhonderddrieëndertig moet gebruiken is:
De vierhonderddrieëndertig
Aanwijzend voornaamwoord vierhonderddrieëndertig
Dit of deze vierhonderddrieëndertig:
deze vierhonderddrieëndertig
Dat of die vierhonderddrieëndertig:
die vierhonderddrieëndertig
Bezittelijk voornaamwoord vierhonderddrieëndertig
Onze of ons vierhonderddrieëndertig:
onze vierhonderddrieëndertig
Jouw of jou: jouw vierhonderddrieëndertig
Elke of elk vierhonderddrieëndertig? Elke vierhonderddrieëndertig