De of het vertrouwensberoep? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord vertrouwensberoep? Is het de vertrouwensberoep of het vertrouwensberoep? Het juiste lidwoord dat je voor het woord vertrouwensberoep moet gebruiken is:
Het vertrouwensberoep
Aanwijzend voornaamwoord vertrouwensberoep
Dit of deze vertrouwensberoep: dit vertrouwensberoep
Dat of die vertrouwensberoep: dat vertrouwensberoep

Bezittelijk voornaamwoord vertrouwensberoep
Onze of ons vertrouwensberoep: ons vertrouwensberoep
Jouw of jou: jouw vertrouwensberoep

Elke of elk vertrouwensberoep?
Elk vertrouwensberoep
Gerelateerd aan vertrouwensberoep