De of het vertrek? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord vertrek? Is het de vertrek of het vertrek? Het juiste lidwoord dat je voor het woord vertrek moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord vertrek
Dit of deze vertrek:
dit vertrek
Dat of die vertrek:
dat vertrek
Bezittelijk voornaamwoord vertrek
Onze of ons vertrek:
ons vertrek
Jouw of jou:
jouw vertrek
Elke of elk vertrek?Elk vertrek
Gerelateerd aan vertrek