De of het verkeersongeluk? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord verkeersongeluk? Is het de verkeersongeluk of het verkeersongeluk? Het juiste lidwoord dat je voor het woord verkeersongeluk moet gebruiken is:
Het verkeersongeluk
Aanwijzend voornaamwoord verkeersongeluk
Dit of deze verkeersongeluk: dit verkeersongeluk
Dat of die verkeersongeluk: dat verkeersongeluk

Bezittelijk voornaamwoord verkeersongeluk
Onze of ons verkeersongeluk: ons verkeersongeluk
Jouw of jou: jouw verkeersongeluk

Elke of elk verkeersongeluk?
Elk verkeersongeluk
Gerelateerd aan verkeersongeluk