De of het verfbrander? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord verfbrander? Is het de verfbrander of het verfbrander? Het juiste lidwoord dat je voor het woord verfbrander moet gebruiken is:
De verfbrander
Aanwijzend voornaamwoord verfbrander
Dit of deze verfbrander: deze verfbrander
Dat of die verfbrander: die verfbrander

Bezittelijk voornaamwoord verfbrander
Onze of ons verfbrander: onze verfbrander
Jouw of jou: jouw verfbrander

Elke of elk verfbrander?
Elke verfbrander
Gerelateerd aan verfbrander