De of het verbruiksbelasting? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord verbruiksbelasting? Is het de verbruiksbelasting of het verbruiksbelasting? Het juiste lidwoord dat je voor het woord verbruiksbelasting moet gebruiken is:
De verbruiksbelasting
Aanwijzend voornaamwoord verbruiksbelasting
Dit of deze verbruiksbelasting: deze verbruiksbelasting
Dat of die verbruiksbelasting: die verbruiksbelasting

Bezittelijk voornaamwoord verbruiksbelasting
Onze of ons verbruiksbelasting: onze verbruiksbelasting
Jouw of jou: jouw verbruiksbelasting

Elke of elk verbruiksbelasting?
Elke verbruiksbelasting
Gerelateerd aan verbruiksbelasting