De of het vastgoedzeepbel? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord vastgoedzeepbel? Is het de vastgoedzeepbel of het vastgoedzeepbel? Het juiste lidwoord dat je voor het woord vastgoedzeepbel moet gebruiken is:
De vastgoedzeepbel
Aanwijzend voornaamwoord vastgoedzeepbel
Dit of deze vastgoedzeepbel: deze vastgoedzeepbel
Dat of die vastgoedzeepbel: die vastgoedzeepbel

Bezittelijk voornaamwoord vastgoedzeepbel
Onze of ons vastgoedzeepbel: onze vastgoedzeepbel
Jouw of jou: jouw vastgoedzeepbel

Elke of elk vastgoedzeepbel?
Elke vastgoedzeepbel
Gerelateerd aan vastgoedzeepbel