De of het vapeur? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord vapeur? Is het de vapeur of het vapeur? Het juiste lidwoord dat je voor het woord vapeur moet gebruiken is:
De vapeur
Aanwijzend voornaamwoord vapeur
Dit of deze vapeur: deze vapeur
Dat of die vapeur: die vapeur

Bezittelijk voornaamwoord vapeur
Onze of ons vapeur: onze vapeur
Jouw of jou: jouw vapeur

Elke of elk vapeur?
Elke vapeur
Gerelateerd aan vapeur