De of het vakantiewerk? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord vakantiewerk? Is het de vakantiewerk of het vakantiewerk? Het juiste lidwoord dat je voor het woord vakantiewerk moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord vakantiewerk
Dit of deze vakantiewerk:
dit vakantiewerk
Dat of die vakantiewerk:
dat vakantiewerk
Bezittelijk voornaamwoord vakantiewerk
Onze of ons vakantiewerk:
ons vakantiewerk
Jouw of jou:
jouw vakantiewerk
Elke of elk vakantiewerk?Elk vakantiewerk
Gerelateerd aan vakantiewerk