De of het uitroep? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord uitroep? Is het de uitroep of het uitroep? Het juiste lidwoord dat je voor het woord uitroep moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord uitroep
Dit of deze uitroep:
deze uitroep
Dat of die uitroep:
die uitroep
Bezittelijk voornaamwoord uitroep
Onze of ons uitroep:
onze uitroep
Jouw of jou:
jouw uitroep
Elke of elk uitroep?Elke uitroep
Gerelateerd aan uitroep