De of het trosgierst? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord trosgierst? Is het de trosgierst of het trosgierst? Het juiste lidwoord dat je voor het woord trosgierst moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord trosgierst
Dit of deze trosgierst:
deze trosgierst
Dat of die trosgierst:
die trosgierst
Bezittelijk voornaamwoord trosgierst
Onze of ons trosgierst:
onze trosgierst
Jouw of jou:
jouw trosgierst
Elke of elk trosgierst?Elke trosgierst
Gerelateerd aan trosgierst