De of het trombocytopenie? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord trombocytopenie? Is het de trombocytopenie of het trombocytopenie? Het juiste lidwoord dat je voor het woord trombocytopenie moet gebruiken is:
De trombocytopenie
Aanwijzend voornaamwoord trombocytopenie
Dit of deze trombocytopenie: deze trombocytopenie
Dat of die trombocytopenie: die trombocytopenie

Bezittelijk voornaamwoord trombocytopenie
Onze of ons trombocytopenie: onze trombocytopenie
Jouw of jou: jouw trombocytopenie

Elke of elk trombocytopenie?
Elke trombocytopenie
Gerelateerd aan trombocytopenie