De of het trilling? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord trilling? Is het de trilling of het trilling? Het juiste lidwoord dat je voor het woord trilling moet gebruiken is:
De trilling
Aanwijzend voornaamwoord trilling
Dit of deze trilling: deze trilling
Dat of die trilling: die trilling

Bezittelijk voornaamwoord trilling
Onze of ons trilling: onze trilling
Jouw of jou: jouw trilling

Elke of elk trilling?
Elke trilling
Gerelateerd aan trilling