De of het tentoonstellingsbezoeker? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord tentoonstellingsbezoeker? Is het de tentoonstellingsbezoeker of het tentoonstellingsbezoeker? Het juiste lidwoord dat je voor het woord tentoonstellingsbezoeker moet gebruiken is:
De tentoonstellingsbezoeker
Aanwijzend voornaamwoord tentoonstellingsbezoeker
Dit of deze tentoonstellingsbezoeker:
deze tentoonstellingsbezoeker
Dat of die tentoonstellingsbezoeker:
die tentoonstellingsbezoeker
Bezittelijk voornaamwoord tentoonstellingsbezoeker
Onze of ons tentoonstellingsbezoeker:
onze tentoonstellingsbezoeker
Jouw of jou: jouw tentoonstellingsbezoeker
Elke of elk tentoonstellingsbezoeker? Elke tentoonstellingsbezoeker