De of het tabak? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord tabak? Is het de tabak of het tabak? Het juiste lidwoord dat je voor het woord tabak moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord tabak
Dit of deze tabak:
deze tabak
Dat of die tabak:
die tabak
Bezittelijk voornaamwoord tabak
Onze of ons tabak:
onze tabak
Jouw of jou:
jouw tabak
Elke of elk tabak?Elke tabak
Gerelateerd aan tabak