De of het synchroniciteit? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord synchroniciteit? Is het de synchroniciteit of het synchroniciteit? Het juiste lidwoord dat je voor het woord synchroniciteit moet gebruiken is:
De synchroniciteit
Aanwijzend voornaamwoord synchroniciteit
Dit of deze synchroniciteit: deze synchroniciteit
Dat of die synchroniciteit: die synchroniciteit

Bezittelijk voornaamwoord synchroniciteit
Onze of ons synchroniciteit: onze synchroniciteit
Jouw of jou: jouw synchroniciteit

Elke of elk synchroniciteit?
Elke synchroniciteit
Gerelateerd aan synchroniciteit