De of het suikerpatiënt? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord suikerpatiënt? Is het de suikerpatiënt of het suikerpatiënt? Het juiste lidwoord dat je voor het woord suikerpatiënt moet gebruiken is:
De suikerpatiënt
Aanwijzend voornaamwoord suikerpatiënt
Dit of deze suikerpatiënt: deze suikerpatiënt
Dat of die suikerpatiënt: die suikerpatiënt

Bezittelijk voornaamwoord suikerpatiënt
Onze of ons suikerpatiënt: onze suikerpatiënt
Jouw of jou: jouw suikerpatiënt

Elke of elk suikerpatiënt?
Elke suikerpatiënt
Gerelateerd aan suikerpatiënt