De of het studietijd? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord studietijd? Is het de studietijd of het studietijd? Het juiste lidwoord dat je voor het woord studietijd moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord studietijd
Dit of deze studietijd:
deze studietijd
Dat of die studietijd:
die studietijd
Bezittelijk voornaamwoord studietijd
Onze of ons studietijd:
onze studietijd
Jouw of jou:
jouw studietijd
Elke of elk studietijd?Elke studietijd
Gerelateerd aan studietijd