De of het stranddag? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord stranddag? Is het de stranddag of het stranddag? Het juiste lidwoord dat je voor het woord stranddag moet gebruiken is:
De stranddag
Aanwijzend voornaamwoord stranddag
Dit of deze stranddag: deze stranddag
Dat of die stranddag: die stranddag

Bezittelijk voornaamwoord stranddag
Onze of ons stranddag: onze stranddag
Jouw of jou: jouw stranddag

Elke of elk stranddag?
Elke stranddag
Gerelateerd aan stranddag