De of het strand? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord strand? Is het de strand of het strand? Het juiste lidwoord dat je voor het woord strand moet gebruiken is:
Het strand
Aanwijzend voornaamwoord strand
Dit of deze strand: dit strand
Dat of die strand: dat strand

Bezittelijk voornaamwoord strand
Onze of ons strand: ons strand
Jouw of jou: jouw strand

Elke of elk strand?
Elk strand
Gerelateerd aan strand