De of het stemma? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord stemma? Is het de stemma of het stemma? Het juiste lidwoord dat je voor het woord stemma moet gebruiken is:
Het stemma
Aanwijzend voornaamwoord stemma
Dit of deze stemma: dit stemma
Dat of die stemma: dat stemma

Bezittelijk voornaamwoord stemma
Onze of ons stemma: ons stemma
Jouw of jou: jouw stemma

Elke of elk stemma?
Elk stemma
Gerelateerd aan stemma