De of het steenkolenengels? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord steenkolenengels? Is het de steenkolenengels of het steenkolenengels? Het juiste lidwoord dat je voor het woord steenkolenengels moet gebruiken is:
Het steenkolenengels
Aanwijzend voornaamwoord steenkolenengels
Dit of deze steenkolenengels: dit steenkolenengels
Dat of die steenkolenengels: dat steenkolenengels

Bezittelijk voornaamwoord steenkolenengels
Onze of ons steenkolenengels: ons steenkolenengels
Jouw of jou: jouw steenkolenengels

Elke of elk steenkolenengels?
Elk steenkolenengels
Gerelateerd aan steenkolenengels