De of het statisticus? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord statisticus? Is het de statisticus of het statisticus? Het juiste lidwoord dat je voor het woord statisticus moet gebruiken is:
De statisticus
Aanwijzend voornaamwoord statisticus
Dit of deze statisticus: deze statisticus
Dat of die statisticus: die statisticus

Bezittelijk voornaamwoord statisticus
Onze of ons statisticus: onze statisticus
Jouw of jou: jouw statisticus

Elke of elk statisticus?
Elke statisticus
Gerelateerd aan statisticus