De of het springpaard? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord springpaard? Is het de springpaard of het springpaard? Het juiste lidwoord dat je voor het woord springpaard moet gebruiken is:
Het springpaard
Aanwijzend voornaamwoord springpaard
Dit of deze springpaard: dit springpaard
Dat of die springpaard: dat springpaard

Bezittelijk voornaamwoord springpaard
Onze of ons springpaard: ons springpaard
Jouw of jou: jouw springpaard

Elke of elk springpaard?
Elk springpaard
Gerelateerd aan springpaard