De of het souffleuse? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord souffleuse? Is het de souffleuse of het souffleuse? Het juiste lidwoord dat je voor het woord souffleuse moet gebruiken is:
De souffleuse
Aanwijzend voornaamwoord souffleuse
Dit of deze souffleuse: deze souffleuse
Dat of die souffleuse: die souffleuse

Bezittelijk voornaamwoord souffleuse
Onze of ons souffleuse: onze souffleuse
Jouw of jou: jouw souffleuse

Elke of elk souffleuse?
Elke souffleuse
Gerelateerd aan souffleuse