De of het sigma? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord sigma? Is het de sigma of het sigma? Het juiste lidwoord dat je voor het woord sigma moet gebruiken is:
De sigma
Aanwijzend voornaamwoord sigma
Dit of deze sigma: deze sigma
Dat of die sigma: die sigma

Bezittelijk voornaamwoord sigma
Onze of ons sigma: onze sigma
Jouw of jou: jouw sigma

Elke of elk sigma?
Elke sigma
Gerelateerd aan sigma