De of het schelheid? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord schelheid? Is het de schelheid of het schelheid? Het juiste lidwoord dat je voor het woord schelheid moet gebruiken is:
De schelheid
Aanwijzend voornaamwoord schelheid
Dit of deze schelheid: deze schelheid
Dat of die schelheid: die schelheid

Bezittelijk voornaamwoord schelheid
Onze of ons schelheid: onze schelheid
Jouw of jou: jouw schelheid

Elke of elk schelheid?
Elke schelheid
Gerelateerd aan schelheid