De of het scheikundeleraar? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord scheikundeleraar? Is het de scheikundeleraar of het scheikundeleraar? Het juiste lidwoord dat je voor het woord scheikundeleraar moet gebruiken is:
De scheikundeleraar
Aanwijzend voornaamwoord scheikundeleraar
Dit of deze scheikundeleraar: deze scheikundeleraar
Dat of die scheikundeleraar: die scheikundeleraar

Bezittelijk voornaamwoord scheikundeleraar
Onze of ons scheikundeleraar: onze scheikundeleraar
Jouw of jou: jouw scheikundeleraar

Elke of elk scheikundeleraar?
Elke scheikundeleraar
Gerelateerd aan scheikundeleraar