De of het sabbatsjaar? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord sabbatsjaar? Is het de sabbatsjaar of het sabbatsjaar? Het juiste lidwoord dat je voor het woord sabbatsjaar moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord sabbatsjaar
Dit of deze sabbatsjaar:
dit sabbatsjaar
Dat of die sabbatsjaar:
dat sabbatsjaar
Bezittelijk voornaamwoord sabbatsjaar
Onze of ons sabbatsjaar:
ons sabbatsjaar
Jouw of jou:
jouw sabbatsjaar
Elke of elk sabbatsjaar?Elk sabbatsjaar
Gerelateerd aan sabbatsjaar