De of het ridderdicht? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord ridderdicht? Is het de ridderdicht of het ridderdicht? Het juiste lidwoord dat je voor het woord ridderdicht moet gebruiken is:
Het ridderdicht
Aanwijzend voornaamwoord ridderdicht
Dit of deze ridderdicht: dit ridderdicht
Dat of die ridderdicht: dat ridderdicht

Bezittelijk voornaamwoord ridderdicht
Onze of ons ridderdicht: ons ridderdicht
Jouw of jou: jouw ridderdicht

Elke of elk ridderdicht?
Elk ridderdicht
Gerelateerd aan ridderdicht