De of het radiotoestel? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord radiotoestel? Is het de radiotoestel of het radiotoestel? Het juiste lidwoord dat je voor het woord radiotoestel moet gebruiken is:
Het radiotoestel
Aanwijzend voornaamwoord radiotoestel
Dit of deze radiotoestel: dit radiotoestel
Dat of die radiotoestel: dat radiotoestel

Bezittelijk voornaamwoord radiotoestel
Onze of ons radiotoestel: ons radiotoestel
Jouw of jou: jouw radiotoestel

Elke of elk radiotoestel?
Elk radiotoestel
Gerelateerd aan radiotoestel