De of het racespel? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord racespel? Is het de racespel of het racespel? Het juiste lidwoord dat je voor het woord racespel moet gebruiken is:
Het racespel
Aanwijzend voornaamwoord racespel
Dit of deze racespel: dit racespel
Dat of die racespel: dat racespel

Bezittelijk voornaamwoord racespel
Onze of ons racespel: ons racespel
Jouw of jou: jouw racespel

Elke of elk racespel?
Elk racespel
Gerelateerd aan racespel