De of het pronostiek? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord pronostiek? Is het de pronostiek of het pronostiek? Het juiste lidwoord dat je voor het woord pronostiek moet gebruiken is:
De pronostiek
Aanwijzend voornaamwoord pronostiek
Dit of deze pronostiek: deze pronostiek
Dat of die pronostiek: die pronostiek

Bezittelijk voornaamwoord pronostiek
Onze of ons pronostiek: onze pronostiek
Jouw of jou: jouw pronostiek

Elke of elk pronostiek?
Elke pronostiek
Gerelateerd aan pronostiek