De of het profeet? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord profeet? Is het de profeet of het profeet? Het juiste lidwoord dat je voor het woord profeet moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord profeet
Dit of deze profeet:
deze profeet
Dat of die profeet:
die profeet
Bezittelijk voornaamwoord profeet
Onze of ons profeet:
onze profeet
Jouw of jou:
jouw profeet
Elke of elk profeet?Elke profeet
Gerelateerd aan profeet