De of het probleemspijbelaar? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord probleemspijbelaar? Is het de probleemspijbelaar of het probleemspijbelaar? Het juiste lidwoord dat je voor het woord probleemspijbelaar moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord probleemspijbelaar
Dit of deze probleemspijbelaar:
deze probleemspijbelaar
Dat of die probleemspijbelaar:
die probleemspijbelaar
Bezittelijk voornaamwoord probleemspijbelaar
Onze of ons probleemspijbelaar:
onze probleemspijbelaar
Jouw of jou:
jouw probleemspijbelaar
Elke of elk probleemspijbelaar?Elke probleemspijbelaar
Gerelateerd aan probleemspijbelaar