Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord Portugees? Is het de Portugees of het Portugees? Of zijn ze allebei goed? De correcte lidwoorden die je voor het woord Portugees kunt gebruiken zijn:
De PortugeesHet Portugees
Aanwijzend voornaamwoord Portugees
Dit of deze Portugees:
dit Portugees / deze Portugees
Dat of die Portugees:
dat Portugees / die Portugees
Bezittelijk voornaamwoord Portugees
Onze of ons Portugees:
onze Portugees / ons Portugees
Jouw of jou: jouw Portugees
Elke of elk Portugees? Elke Portugees / elk Portugees