De of het polarisator? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord polarisator? Is het de polarisator of het polarisator? Het juiste lidwoord dat je voor het woord polarisator moet gebruiken is:
De polarisator
Aanwijzend voornaamwoord polarisator
Dit of deze polarisator: deze polarisator
Dat of die polarisator: die polarisator

Bezittelijk voornaamwoord polarisator
Onze of ons polarisator: onze polarisator
Jouw of jou: jouw polarisator

Elke of elk polarisator?
Elke polarisator
Gerelateerd aan polarisator