De of het peuterspeelzaal? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord peuterspeelzaal? Is het de peuterspeelzaal of het peuterspeelzaal? Het juiste lidwoord dat je voor het woord peuterspeelzaal moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord peuterspeelzaal
Dit of deze peuterspeelzaal:
deze peuterspeelzaal
Dat of die peuterspeelzaal:
die peuterspeelzaal
Bezittelijk voornaamwoord peuterspeelzaal
Onze of ons peuterspeelzaal:
onze peuterspeelzaal
Jouw of jou:
jouw peuterspeelzaal
Elke of elk peuterspeelzaal?Elke peuterspeelzaal
Gerelateerd aan peuterspeelzaal