De of het parlementslid? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord parlementslid? Is het de parlementslid of het parlementslid? Het juiste lidwoord dat je voor het woord parlementslid moet gebruiken is:
Het parlementslid
Aanwijzend voornaamwoord parlementslid
Dit of deze parlementslid: dit parlementslid
Dat of die parlementslid: dat parlementslid

Bezittelijk voornaamwoord parlementslid
Onze of ons parlementslid: ons parlementslid
Jouw of jou: jouw parlementslid

Elke of elk parlementslid?
Elk parlementslid
Gerelateerd aan parlementslid