De of het pandeïsme? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord pandeïsme? Is het de pandeïsme of het pandeïsme? Het juiste lidwoord dat je voor het woord pandeïsme moet gebruiken is:
Het pandeïsme
Aanwijzend voornaamwoord pandeïsme
Dit of deze pandeïsme: dit pandeïsme
Dat of die pandeïsme: dat pandeïsme

Bezittelijk voornaamwoord pandeïsme
Onze of ons pandeïsme: ons pandeïsme
Jouw of jou: jouw pandeïsme

Elke of elk pandeïsme?
Elk pandeïsme
Gerelateerd aan pandeïsme