De of het overplaatsing? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord overplaatsing? Is het de overplaatsing of het overplaatsing? Het juiste lidwoord dat je voor het woord overplaatsing moet gebruiken is:
De overplaatsing
Aanwijzend voornaamwoord overplaatsing
Dit of deze overplaatsing: deze overplaatsing
Dat of die overplaatsing: die overplaatsing

Bezittelijk voornaamwoord overplaatsing
Onze of ons overplaatsing: onze overplaatsing
Jouw of jou: jouw overplaatsing

Elke of elk overplaatsing?
Elke overplaatsing
Gerelateerd aan overplaatsing