De of het oud-premier? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord oud-premier? Is het de oud-premier of het oud-premier? Het juiste lidwoord dat je voor het woord oud-premier moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord oud-premier
Dit of deze oud-premier:
deze oud-premier
Dat of die oud-premier:
die oud-premier
Bezittelijk voornaamwoord oud-premier
Onze of ons oud-premier:
onze oud-premier
Jouw of jou:
jouw oud-premier
Elke of elk oud-premier?Elke oud-premier
Gerelateerd aan oud-premier