De of het oud-Indiëganger? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord oud-Indiëganger? Is het de oud-Indiëganger of het oud-Indiëganger? Het juiste lidwoord dat je voor het woord oud-Indiëganger moet gebruiken is:
De oud-Indiëganger
Aanwijzend voornaamwoord oud-Indiëganger
Dit of deze oud-Indiëganger: deze oud-Indiëganger
Dat of die oud-Indiëganger: die oud-Indiëganger

Bezittelijk voornaamwoord oud-Indiëganger
Onze of ons oud-Indiëganger: onze oud-Indiëganger
Jouw of jou: jouw oud-Indiëganger

Elke of elk oud-Indiëganger?
Elke oud-Indiëganger
Gerelateerd aan oud-Indiëganger