De of het oppassing? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord oppassing? Is het de oppassing of het oppassing? Het juiste lidwoord dat je voor het woord oppassing moet gebruiken is:
De oppassing
Aanwijzend voornaamwoord oppassing
Dit of deze oppassing: deze oppassing
Dat of die oppassing: die oppassing

Bezittelijk voornaamwoord oppassing
Onze of ons oppassing: onze oppassing
Jouw of jou: jouw oppassing

Elke of elk oppassing?
Elke oppassing
Gerelateerd aan oppassing