De of het openbaarheid? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord openbaarheid? Is het de openbaarheid of het openbaarheid? Het juiste lidwoord dat je voor het woord openbaarheid moet gebruiken is:
De openbaarheid
Aanwijzend voornaamwoord openbaarheid
Dit of deze openbaarheid: deze openbaarheid
Dat of die openbaarheid: die openbaarheid

Bezittelijk voornaamwoord openbaarheid
Onze of ons openbaarheid: onze openbaarheid
Jouw of jou: jouw openbaarheid

Elke of elk openbaarheid?
Elke openbaarheid
Gerelateerd aan openbaarheid